Html

In de figuur zie je drie rijen met rechthoeken met breedte en lengte (of hoogte) . Elke rechthoek heeft dus een oppervlakte van .

Je kunt dit ook schrijven als , dus .
Je vermenigvuldigt beide variabelen; de volgorde maakt daarbij niet uit.

Voor de oppervlakte van de gehele figuur geldt:

  • gewoon lengte maal breedte: ;
  • losse rechthoeken samennemen: .

Dus .

Als je vierkanten met een oppervlakte van stapelt, zoals in de rechthoek in de tweede figuur, dan zie je .

Je kunt van ingewikkelder figuren de oppervlakte bepalen door de oppervlakte van (halve) rechthoeken op te tellen.
Heb je bijvoorbeeld een figuur die bestaat uit twee vierkanten met een oppervlakte van en drie rechthoeken met een oppervlakte van , dan wordt de totale oppervlakte: .
Ook nu kun je gelijksoortige termen optellen.

Opdracht
Opdracht
Opdracht
Opdracht
Annuleren